La petite bonté
Via Dirk de Wachter bij Levinas gekomen.
De zin sprak mij aan:”la petite bonté”.
“De kleine goedheid” zou je kunnen zeggen.
Gelijk zag ik een voorbeeld van de dag van gisteren.
Gijs mijn oudste zoon van negen had een slaapfeestje waarbij vier van zijn vrienden bleven slapen. Een heus feest was dat. Met frietjes, spooktocht en dropping. De volgende morgen na het ontbijt werden er wat spelletjes gespeeld. Dammen, een spel met haasjes en vossen en met Teun, mijn middelste zoon, speelde ik stratego.
Het spel werd spannend…, voor wie het kent; mijn maarschalk en zijn spion stonden vlak bij elkaar, de generaals waren al afgeruild. De grote vrienden van Gijs kwamen bij het bord staan. Ze keken naar ons spel. Ze keken naar ons.
En daar was het moment. La petite bonté.
Ik kon namelijk met mijn maarschalk zijn spion pakken en ook de andere soldaten om hem heen.
En daarna de vlag. Het uiteindelijke doel en teken van de overwinning. Dat was niet zo moeilijk geweest. Ik ben overigens 42 en Teun is 8.
Ik ben oud gymleraar en ken winnen en verliezen. Teun kent winnen en verliezen ook.
Toen ik mijn zet wilde doen zei iets in mij ‘doe maar niet, pak zijn spion niet. Niet nu’.
Dus deze keer liet ik mij pakken. Zijn spion pakte mijn maarschalk. Beter gezegd, zijn spion rukte met grote victorie mijn maarschalk van het bord. Een brede grijns op zijn gezicht en uit mijn mond een gespeeld “Nee!” De grote vrienden van Gijs keken naar Teun en Teun keek terug. Glanzend terug van oor tot oor.
La petite bonté!